Alle ware autoriteit komt voort uit dienstbaarheid. Het is niet de kracht of het bevel van één individu die gezag creëert, maar de erkenning dat elke handeling van leiding dient om het geheel te ondersteunen.

De kinderen herinneren ons eraan dat wetten en regels niet uit angst of dwang mogen voortkomen, maar uit levensbescherming en zorg. Autoriteit is daarom geen eigendom, maar een relatie tussen degenen die leiden en degenen die leven.

Gezag wordt erkend als een levend contract: het respecteert de bron van leven, beschermt het onschuldige, en verbindt generaties door herinnering en aandacht. In de praktijk betekent dit:

• Elke beslissing die gezag belichaamt, dient het welzijn van het geheel.
• Macht zonder zorg is leeg; dienstbaarheid is de kern van echte autoriteit.
• Wet en ordening bestaan om harmonie en balans te bewaren, niet om te beheersen.

Het oorspronkelijke gezag vindt zijn wortels in de stilte voor het woord, in de adem die zorg draagt, en in de onschuld die rechtvaardigheid vanzelfsprekend maakt. Wanneer we terugkeren naar deze oorsprong, wordt gezag een levend instrument dat beschermt, herstelt en voedt.

◀ Vorige Volgende ▶